Woensdag, 27 september
Woensdagmorgen vroeg om 08.00 uur de bus in, zo was het plan. Na het opnieuw ‘uitgebreide’ ontbijt van: cake, koffie en taart. Ja, ontbijten moeten die Italianen echt nog leren. Iedere dag cake en taart komt na een paar dagen je neus uit als je brood of yoghurt gewend bent. Dat meteen de bus in werd eventjes later, want de bus verscheen pas om ca. 8.30 uur. Dit ging van onze tijd af in Pompeii, zo vreesde ik meteen. Helaas bleek dat een juiste inschatting…
Eerst zaten we drie uur in de bus, voor we een silhouet zagen wat leek op de vulkaan. De Vesuvius is een vulkaan waarbij vanaf de snelweg gezien de top ontbrak, immers die lag op Herculaneum en Pompeii. Die afgelopen drie uur was door een aantal leerlingen gebruikt om even heerlijk ‘bij te slapen’. Hoofd achterover op de stoel en mond wijd open…, dat bleek eigenlijk de kern van dit ochtendritueel. Als je van voorin de bus naar achterin keek, kreeg je een bijzonder ‘landschap’ te zien met al die gapende ‘kraters’… Een sterrenkundige zou er waarschijnlijk een lieve duit voor over hebben dit ‘maanlandschap’ te mogen bestuderen.
De chauffeur manoeuvreerde, eenmaal aangekomen in ‘modern Pompeii’, de bus op een parkeerplaats en wij zochten de ingang van de ontgraven Romeinse stad op. Eenmaal binnen hadden alle groepjes apart eerst een presentatie van de ‘specialist van de groep’ over het in 69 n. Chr. bedolven stadje. In een heel kleine versie van het Colosseum, dus de locatie was treffend gekozen, want dan ‘zit je er als leerling wel meteen in’.
Hierop verspreidde de leerlingen zich in groepjes over het stadje om hun nieuwsgierigheid te bevredigen. Zelf kwam ik een verdwaald groepje 6V jongens tegen dichtbij een van de ‘achterbuurten’ van Pompeii. Wat deden ze daar, zo vroeg ik mij af. Waarom daar? En deden ze dat altijd in een nieuwe stad waar ze kwamen? En wat zochten ze dan? Wellicht is de graffiti een voor de hand liggend antwoord.
In Pompeii zijn namelijk veel voorbeelden van graffiti te vinden, op veel verschillende gebouwen. De meest schunnige teksten kwamen bij het blootleggen van de stad tevoorschijn. Teksten die hier niet herhaalbaar zijn, omdat ze aan de verbeelding niets, helemaal niets, overlaten. Nu snap ik de omzwervingen van de heren weer wel. Zolang het nog blijft bij het zoeken naar scabreuze teksten, valt het binnen het kader van de studiereis…
Het was warm, soms misschien wel wat te warm, maar een zeebriesje bracht soms heerlijke verkoeling. Nadat we het Forum waren overgestoken, was er slechts een weg naar de uitgang. Natuurlijk had het veel te kort geduurd, maar iedereen plande al een langer bezoek voor een moment in de toekomst. We hadden er dit keer aan geroken, het echte zien, zou nog gaan komen. Later als de leerlingen zelf nog een keertje met hun vriendje of vriendinnetje gingen.
We stapten weer in de bus om de Vesuvius te bezoeken. Ergerlijk traag kroop de bus vanuit de binnenkant van de krater omhoog om ons zo hoog mogelijk af te zetten. Daar begon de echte tocht naar de top van de beklimming. Eindelijk. Ongeduldig drongen de leerlingen zich door het smalle poortje om gretig te beginnen aan de tocht. Onderweg naar boven werd een vrouw op blokhakken gesignaleerd. Velen vroegen zich af of ze dan achteruitlopend naar beneden zou gaan. Of zou ze de schoenen omdraaien op de terugtocht? Dit mysterie is tot nu toe nog niet opgelost.
Mandy, onze ‘blarenkoningin, vertrok geen spier en zette er een stevige pas is, maar dat was beneden nog… bovenin was die souplesse er wel vanaf. Vanaf de top van de Vesuvius kon iedereen Napels zien liggen. Stel je voor de Vesuvius in 69 n. Ch. deze stad zou hebben bedolven… Napels de oude Griekse stad, Neapolis. De Grieken hadden deze baai ook al ontdekt lang voordat er ook maar enige vorm van Italiaanse beschaving ergens was te ontdekken, stichtten de Grieken Neapolis (nieuwe stad) al in de 5e eeuw v. Chr..
Al zwaaiend kwamen de eersten naar beneden gewandeld. Optimistisch en blij dat ze deze ‘klus’ ook weer hadden geklaard. Moe, maar tevreden richting hostel. Een letterlijke ‘topdag’ vandaag. Bij thuiskomst bleek de bus op en top schoon, alleen stonden er nog een paar schoenen in de bus. Geen van de leerlingen had dit soort ‘muiltjes’… Besmuikt stapte een van de collega’s naar voren om zijn schoenen in ontvangst te nemen, waarbij hij een gezicht trok als was hij Sjakie die zijn ‘wondersloffen’ (een voetbalstrip uit de jaren ’80)weer terug had; blij en verguld!
Morgen alweer de laatste dag. Het was prima om weer naar huis te gaan, maar niemand wilde dat de week zo snel omging…
Dinsdag, 26 september
We konden een half uurtje later op: 7.30 uur, wat een luxe! Daar werd door iedereen gretig gebruik van gemaakt. Hoe langer de voetjes en (niet te vergeten) de rest van het lijf verwend konden worden in je bedje, werd als hemels ervaren. Zo snel krijgen de leerlingen tijdens de Romereis blijkbaar een bijna religieuze ervaring…. Het moet wel de invloed van de paus zijn, een andere verklaring kan ik niet bedenken.
Zoals gebruikelijk begonnen we met een stevige ochtendwandeling naar ons eerste doel; ‘Vincoli’. “Wat is dit meneer?”, “Wat is hier te zien?” en “Dit moet wel heel bijzonder zijn om hier een uur voor te lopen…”. Allemaal heel begrijpelijke vragen en observaties, maar als alle leerlingen ‘het boekje’ hadden gelezen, dan zouden ze vooraf al volledig op de hoogte zijn geweest. Toch vond ik de vragen niet heel vreemd, want het is maar de vraag of ik op die leeftijd zelf een vergelijkbaar boekje zou hebben gelezen… Enige consideratie is dus gepast.
Maar wat is er nu te zien? De leerlingen zagen een beeld van Michelangelo, waar Mozes (er waren leerlingen die echt nog nooit van ‘die man’ hadden gehoord…) met hoorntjes op zijn hoofd was afgebeeld. Het gevolg van een verkeerde bijbelvertaling (van een blijkbaar slecht opgeleide monnik). Wij werken juist aan een goede opleiding van de leerlingen tijdens deze reis. Als zij eenmaal weer thuis avondvullend hun ervaringen delen, dan lijkt deze missie geslaagd.
Daarna bezochten we het Colosseum, een belevenis op zich. Beelden van glorieuze gladiatoren rezen op in de hoofden van veel jongens van de groep. Zij zagen zich al als een echte gladiator die natuurlijk geen gevecht zou verliezen. Wij wisten het nog niet, maar we hadden blijkbaar echte helden mee. Een aanzienlijk bijstelling van het beeld, want zondagochtend vroeg hadden we daar nog weinig van gezien… Maar eerlijk is eerlijk, het Colosseum is voor veel leerlingen altijd een hit. Voor mij was Julian de held van de groep, ondanks dat hij zich niet helemaal honderd procent voelde, wilde hij aan alles meedoen. Een gladiator in optima forma in onze moderne tijd.
Het zonnetje scheen onbarmhartig, de fantasie was op gang gebracht en ze waren zelf helden. Een bekend recept voor een geslaagde dag. Een aantal dames vroeg zich af hoe de Romeinse dames zich gedroegen in die tijd. Ik vertelde ze dat deze met name alles voor de uiterlijke schijn deden en zeker niet bruin wilden worden, want dan hoorde je niet bij de ‘niet-werkende elite’. Deze jonge vrouwen waren ook buitengewoon gefrustreerd, want deze ‘golddiggers’ waren allemaal getrouwd met een (heel) oude, rijke senator. Die frustratie kon ik niet uitleggen, want ze hadden toch alles…
Hierop ‘deden’ we het Forum Romanum, eigenlijk gewoon een hoop stenen waar weinig orde in te scheppen is. Het is onze taak als docenten om die orde hier en daar wat aan te brengen. De boog van Titus, de Vestaalse maagden en de rostra kregen enige toelichting. Vraag hier thuis gerust naar, met name naar het verhaal met de tong. In vijf minuten tijd leert u een belangrijk deel van Rome kennen via uw zoon of uw dochter. Er zijn mensen die dit als een check gebruiken of ze wel hebben opgelet. Maar dat gaat mij iets te ver. Plezier is alles en we hopen alleen maar een zaadje te planten, waar ze in een later leven ook nog veel plezier aan kunnen beleven. Niets meer en niets minder.
Heel 6V had een grap bedacht. Ze hadden lootjes getrokken om voor elkaar een shirt aan te schaffen om elkaar zoveel mogelijk voor gek te zetten. Ik moet zeggen er waren heel veel (zo niet allemaal) heel mooie creaties bij en een enkeling voelde zich echt voor … gezet. Kortom 6V had zich van zijn allerbeste kant laten zien.
Natuurlijk hoorden er ook nog wat kerken bij, waarbij Bernini ruimschoots aan bod kwam. Zonder aandacht voor Bernini, geen Rome…
Dat barokkunst echt theater is, bleek uit het beeld van Theresia van Avilla. We wisten geen van allen of zij nu door de hemelse of door de ‘aardse liefde’ was getroffen in dat beeld. Deze twijfel is mooi, dan blijft er ruimte voor interpretatie.
De kerk van Bernini ‘Al Quirinale’, bleek een echt ‘trouwkerkje’ te zijn: klein, sfeervol en prachtig geproportioneerd. Ik zag hier en daar al ogen twinkelen van wat dames, maar misschien waren ze gewoon geëmotioneerd vanwege de schoonheid. Ik sluit niets uit! Indruk maakte het in ieder geval wel.
Aan het einde van de dag sloeg de vermoeidheid onverbiddelijk toe. Een van de groep, Jesse, was even niet scherp en stond nog letterlijk ‘de shit’ van zijn schoenen te halen op het moment dat de rest de metro instapte. Daarna kwam een solide leerproces opgang, want hij moest een kaartje kopen (stond eerst nog bij de treinen…) en de goede metrolijn pakken. Allemaal gelukt, bravo! Op het metrostation wachtte Van der Laan hem op om hem weer veilig naar het hostel te loodsen. Missie Jesse, geslaagd.
Fleur aan de andere kant leek juist aan scherpte toe te nemen in de loop van de dag, want zij maakt de mooiste tekeningen en schetsen van alles wat wij zien. Ik denk dat Fleur met dit talent rijker naar huis zou kunnen gaan dan dat ze in Rome aankwam. Als ze de tijd zou hebben gehad om op een pleintje te gaan zitten tekenen.
Na een maaltijd in de wijk Tiburtina, pakten we de metro en was iedereen opmerkelijk snel op zijn kamer. De dag was vol geweest, de geest was troebel van alle indrukken en het lijf had een bed nodig. Morgen naar Pompeï, eerst dromen over jonge vrouwen, oude mannen en gladiatoren…
Maandag, 25 september
Het zonnetje scheen ‘goddelijk’ toen we om 08.00 uur aan onze wandeltocht naar het Vaticaan begonnen. We hadden een echte gids om ons door de stad te loodsen, want collega Ewals wilde graag een spannende tocht en niet meer van hetzelfde. Dat heeft de groep geweten. Oumaima, Sonia en Selin ‘hingen wat achter aan in de groep, want vermoeiend was het wel, zo vonden de dames. Trap op, trap af, berg op en berg af, dit was geen wandeltocht, dit leek warempel wel een volwaardige voorbereiding op de Olympisch Spelen. Bij de bespreking van dit stukje voegde hij er nog met volle overtuiging aan toe “nooit dezelfde weg te nemen”, punt.
Eenmaal bij de St. Pieter aangekomen splitste de groep zich in twee delen. Deel een was op weg om ‘de Heilige geest’ te ontvangen in de hoofdkerk van het katholicisme: de St. Pieter.
Zij sloten aan in een lange rij om ‘geduld te kweken’. In het ochtendzonnetje, dat dan weer wel. Het ‘goddelijke’ zonnetje van het vertrekmoment. En de beloning kwam in de kerk zelf. Bij binnenkomst vergaapten zij zich collectief aan Michelangelo’s piëta, direct rechts. Daarna volgde een intensieve speurtocht naar de Heilige geest in de gedaante van een duif. Die werd gevonden, alleen wisten de leerlingen niet dat dat een wapen van de Pamphli paus was, die overal zijn visuele ‘geurvlaggen’ wilde achterlaten.
Groep twee liep om het Vaticaan heen om het Museum te bezoeken. Druk was het wel, ondanks dat we de echte rij konden omzeilen. Toen Van der Laan in de Pinacotheca (de schilderijen afdeling) Rafael stond te duiden, kwam een suppoost vrijwel meteen in actie. Hij liep vervaarlijk op de nietsvermoedende docent af en beet hem toe: “Ik ken jou nog wel???”…. Ik kende hem niet… en wist ook niet wat hij bedoelde. Nu zit ik wel met de vraag hoe ik in het Vaticaan blijkbaar op een soort ‘zwarte lijst’ sta. Ja, ik leg graag uit, maar om dat nu zo ruw te verstoren is ook weer zo’n ding. Het lijkt mij niet dat er een dreigende werking van uitgaat voor het katholicisme, maar de conclusie kan niet anders zijn dat ik mij wel de biecht moet laten afnemen. Dat wordt nog wat. Ik denk dat ik wel moet gaan voorbereiden wat ik ga vertellen, anders kom ik het Vaticaan niet meer in…
Laat in de middag ‘deden’ we ook San Pietro in Montorio aan. Een heel klein tempeltje, verstopt in een binnenplein. Niemand van de toeristen kent het, maar onze leerlingen inmiddels wel, omdat het fundamentele architectuur is voor echte fijnproevers. Van der Laan en Ewals deden hun best deze bijna onmogelijke taak enige uitleg van dit tempeltje te geven. Wij begrepen van af dat moment wel beter wat er bedoeld wordt met ‘monnikenwerk’ en geduld. Niet alleen de leerlingen leren op deze reis…
Na het heerlijke eten in Trastevere, trokken we spoorslags naar het hostel, waar iedereen meteen eerst even op bed ging liggen. Niels, Amy, Valerie en Jesse hadden zich tijdens het eten zo luid(ruchtig) kenbaar gemaakt, dat zij zeker enige rust nodig hadden. Daarnaast waren het de kilometers wel weer geweest vandaag, pffff.
Wellicht worden de bedden snel definitief opgezocht, want de voetjes hadden rust nodig en de rest van ieders lichaam een verkwikkende slaap. Morgen klassiek Rome. Ik kan niet wachten.
Zondag, 24 september
Bij iedereen die meeging met de Romereis van het Kaj Munk College, stond de wekker tussen half vier en vier uur, ’s morgens… Voor veel leerlingen en enkele docenten was dit wel een ‘dingetje’. Ouders die als chauffeur optraden, zag je denken ‘wij gaan gewoon straks het bed weer in, jullie zo vroeg nog veel plezier…’ Als echte Romeinse legionairs uit lang vervlogen tijden, schikte de groep zich echter probleemloos naar deze (vooraf onrustbarende) onvermijdelijkheid.
De dames de Vos en Van de Ent hadden voor het inchecken al het voorwerk al thuis gedaan en stuurden de (slaperige en wellicht daardoor zeer gedweeë groep) met vaste hand door het incheckproces.
Eenmaal door de douane verspreidde de groep zich even over Schiphol om ontbijt of drinken te scoren. De docenten zaten, gewoontegetrouw, aan de koffie bij La Place. Collega Ewals trachtte tijdens de extra vroege ochtendkoffie al meteen indruk te maken op de collega’s door pontificaal te verkondigen dat hij diezelfde morgen vroeg nog zijn koffer(tje) had gepakt. De dames in de groep keken eerst met een verschrikte blik, daarna met bewondering en barstten daarna ook in lachen uit, net als Crespo en Van der Laan. Al snel pas kwam de aap uit de mouw, In huize Ewals waren alle koffers meegenomen door de kinderen die in het buitenland studeren en daarom was hij gedwongen geweest nog iets nieuws aan te schaffen. Weken van te voren…, dat dan weer wel. Ik ben benieuwd wat we komende week nog gaan merken van het ‘scorende mannetje Ewals’… Gezellig wordt het in ieder geval wel.
35 Minuten in de bus van het vliegveld naar het hostel, eigenlijk best snel. Daar werden de koffers achter slot en grendel gestopt en vertrokken we meteen naar de stad. Een aanzienlijk aantal meiden wilden een zogenaamd ‘passend setje’ aantrekken, maar dat bleek qua tijd uit te draaien op een korte(re) broek. Of gewoon een slobberende joggingbroek. Ook een keuze.
Als een zwerm zwaluwen trokken we laat op zondagmorgen door de stad. Plein na plein aanschouwden we en hier en daar was er soms zelfs al een hele pizza achter de kiezen. Kortom de stemming zat er goed in.
Het pantheon was de eerste ‘echte’ bestemming. Het imposante bouwwerk, maakte echt indruk. Je hoeft niet van klassieke gebouwen te houden om toch de grootsheid hiervan te ervaren. Voor het eerst begonnen we iets te begrijpen van het rijke Romeinse verleden. En dan was dit alleen nog maar het begin…
Min of meer midden in de stad was daar opeens de plaats waar Caesar was vermoord. Je liep er eigenlijk gewoon langs, zonder dat je wist dat dit de plek was waar de Romeinse senatoren Caesar met dolksteken om het leven hadden gebracht om hun Republiek te redden (zoals zij zeiden). Dan kijk je ineens toch anders naar zo’n plek. En zo zijn er tientallen van dit soort bijzondere plekken in Rome.
Bij het bezoeken van de Carrevaggio’s en later de Piazza Navone, bleek de sleet er al goed op te zitten bij deze en gene. Zo hoorde ik Ralf bijna trots bekennen dat hij meteen zou slapen als hij in bed zou stappen. Anderen verzuchtten dat ze nog nooit zo moe waren geweest. Wat zo’n stad toch niet met leerlingen kan doen…
Na het eten, wat eerlijk gezegd uitstekend was, was het nog ca. 40 minuten teruglopen naar het hostel. Niet iedereen ging die uitdaging met enthousiasme aan. Eenmaal aangekomen in het hostel werden de sleutels uitgedeeld en konden de kamers worden ‘ingericht’. Op meisjeskamers zag ik al een uitstalling van middelen alsof de afdeling smink van het Nationale ballet had uitgepakt. De jongenskamers waren nu al ‘rommelig’. En dan was dit nog maar de eerste dag…
Nathalie, Melissa, Amy schuimden net voor 12 uur in de nacht nog wat kamers af voor water. Maar dat behoorde dan ook wel toch de laatste activiteiten van de dag. Vanaf 12 uur belandde het pand in een diepe rust. De wekker zou al weer snel gaan, want om 07.00 uur wachtte het ontbijt.